Noorse liefde 2
Och Heden – 12 maart 2023

Toen Sissel weer terug was naar Noorwegen – we hebben het over 1967 – schreven we elkaar dus dagelijks en vaak ook ging er iets extra’s de een of andere kant op. Een zelf geëmailleerd asbakje, een plaat, maar vooral foto’s deden het goed. Allereerst waren er natuurlijk de foto’s die Karense en Sissel hadden gemaakt toen ze in Nederland waren. Die waren in Noorwegen ontwikkeld en afgedrukt en daarvan kreeg ik dan wat exemplaren. Maar ik kreeg ook kinderfoto’s van Sissel en een portret van haar met haar ouders en haar broer. Dat is me bij latere vriendinnetjes niet overkomen.
Ook ik stuurde kinderfoto’s van mezelf, maar zo raakte ik ook de foto kwijt waarop ik als driejarig jongetje met een kwast in de hand tegen mijn tranen sta te vechten voor het oog van de camera van de schoolfotograaf. Inderdaad, ik was drie toen ik naar de kleuterschool ging.
Het heeft veel tijd en geduld gekost voor die foto er kwam en ik kan nog de wanhoop meevoelen die ik toen voelde. Daar hoef ik niet mijn best voor te doen, dat gevoel komt spontaan. Mijn grote zus van tien was daar speciaal voor naar de kleuterschool gekomen. Ze stond voorover gebogen half achter de fotograaf en lachte naar me, praatte op me in. Iedereen lachte me bemoedigend toe en dat maakte het alleen maar erger. En toen werd dus de foto gemaakt met dat hartverscheurend zielige jongetje.
‘Nu is het al gebeurd,’ had de fotograaf gezegd. ‘Dat was alles.’ Wat was ik opgelucht.
Daarna vroeg de fotograaf of hij nog een foto mocht maken. Die werd misschien wel mooier en leuker, zei hij.
Op die tweede foto ben ik weliswaar nog steeds geen toonbeeld van een relaxt fotomodel, maar van de wanhoop van de vorige foto is daarop weinig meer te merken. De fotograaf had gelijk.
Desondanks bleef de eerste foto de beste van de twee. En die stuurde ik dus ook naar Noorwegen. De tweede vind je nog in mijn eigen voorraad.
Ik heb daar later veel van geleerd: schenk je hart onvoorwaardelijk aan een ander, maar geef nooit kinderfoto’s weg.
De meeste foto’s van Sissel en al haar brieven heb ik later, in tijden van een andere liefde weggedaan. Zo zal het ook gegaan zijn met de zielige peuter met die kwast in zijn hand.
Uit Noorwegen kreeg ik ook nog een foto die Karense van Sissel en mij maakte. We staan naast elkaar te stralen. Hij kwam ingelijst naast mijn bed te staan. Toen een paar maanden later de liefde die nooit voorbij zou gaan toch tot het verleden behoorde en ene Ria de rol van Sissel had overgenomen, heb ik die foto in tweeën geknipt en kreeg Ria het deel met mijn kop. Ik stond er wel goed op, vond ik zelf, en een foto van Sissel en mij samen diende toch geen doel meer.
* ook de foto bij dit stukje heeft het overleefd