09 juni 2022

Een poulain is een veulen, dus de Pointe des Poulains op dit eiland betekent punt van de veulens. Dat heb ik me niet gerealiseerd toen we er vanmorgen liepen en dat is maar goed ook. Anders zou ik in al die rotsblokken waar de zee tegenaan beukte van die onvoorzichtige jonge beesten gezien hebben die ooit te dicht bij de rand stonden te springen om vervolgens van de helling af te duikelen en in de diepte terecht te komen. Moedertjelief!
Als je in de natuur zwerft, kun je in een geestes- of wat voor toestand dan ook geraken waarbij je, in de grote en overweldigende ruimte dus, waarbij overigens net zo goed een klaverbloempje je kan betoveren – ik zeg het er allemaal maar even bij – dus in een toestand geraken waarbij je ontdekt waar je hart ligt.
Dat zijn grote woorden , mijn excuses daarvoor, grote woorden maken makkelijk iets stuk. Ook begrippen als pleistoceen en ijstijd, en vulkaanuitbarstingen van tien- dan wel honderdduizenden jaren geleden kunnen daarom in mijn pet gestopt worden. Nou ja, dat is wel nuttige informatie, maar hij hindert me omdat ik die sinds de eerste of derde klas van de middelbare school niet helemaal paraat heb en ik kan hun inhoud niet echt bevatten. Toch speelt dat beetje schoolkennis een rol en dat merkte ik toen ik vanmorgen dus zoveel fraai golvend leisteen om me heen zag en ik me realiseerde dat ik me te midden van al zoveel ontelbare millennia geleden uitgeharde beweging dwaalde.
Mente raapte een stukje leisteen op. De zon deed zijn best om de hoeveelheid kwarts daarin mooi te laten schitteren. Dat ging hem goed af in Mentes hand.
‘Wat een prachtige steen. Die neem ik mee voor Markus; hij zal hem heel mooi vinden,’ zei ze. ‘Moet je die schittering zien.’ Die zag ik. Toch kon ik het niet laten om te zeggen dat leisteen een heel algemene steensoort is en dat de aanwezigheid van kwarts daarin meer regel is dan uitzondering. Ik vond mezelf wel vervelend toen ik dat zei; Mente hoorde het niet eens. Wat ik niet zei, maar wel dacht, had te maken met wat ik hierboven zei over een zwerftocht in de natuur waardoor komt bovendrijven wat je dierbaar was. En vandaag ging het bij Mente dus om Markus.
Dat is geen wonder, want morgenochtend beleeft hij zijn eerste wenochtendje op school. Op donderdagen haal ik hem altijd op, voor een dagje bij ons thuis, maar deze donderdag gaat hij naar school en zoiets is een momentum. Voor een kind, voor zijn ouders, maar dus ook voor grootouders.
Markus gaat de grote wereld in, dat jongetje met altijd een vrolijke pleister voor zijn oog en een bril op die altijd afzakt. Dat klinkt nogal kwetsbaar, maar hij ziet er niet tegen op om mensen op straat aan te spreken, naar zijn pet te wijzen en te vertellen dat hij de kleine kapitein is. Hij staat aan het roer van zijn bestaan.
Te midden van de grootsheid van La Pointe des Poulains, die uitstalkast van zoveel millennia, raapt Mente een steentje op voor Markus.
Ver op zee zie ik zeilboten met de licht vangende vleugel van een zilverreiger. Zolang die bootjes maar niet bij deze rotsen komen, gaat het goed.
Weer thuis lees ik dat un poulain een veulen is. De schrik slaat me om het hart: als ik in gedachten een veulentje voor me zie, daar bij de rotsen van vanmorgen, een veulentje met een afgeplakt oog een een brilletje op.
Morgen gaat hij naar school.