Och Heden – 8 juli 2023

Vandaag is er Open Huis aan de Westbroekse Binnenweg. Ik had dat al eerder kunnen vertellen, al is het bord van de makelaar pas sinds een week voorzien van een sticker met die mededeling. Zoiets is een veeg teken. Meestal betekent het dat een huis niet al te makkelijk van de hand gaat. Dat lijkt ook wel te kloppen, want dit stukje had ik al een paar maanden geleden kunnen schrijven, zij het zonder die aankondiging van het open huis.
Over het huis moet ik kort zijn. Het is schitterend gelegen, tussen de prachtige legakkers van het Utrechtse Veengebied en aan de horizon zie je de bijzonder aangename skyline van Westbroek met zijn markante kerk en zijn dito molen. En dan zit je ook nog eens op een steenworp afstand van de Maarsseveense Plassen. Nee, er mankeert helemaal niets aan de ligging van het huis. Het pand zelf en de tuin eromheen kunnen me minder bekoren, maar je komt er voor net iets minder dan een miljoen mee weg.
Mij gaat het hier om het bordje van de makelaar. Makelaardij Schep kom je in deze omgeving nooit tegen. De verklaring is simpel. Deze makelaar is gespecialiseerd in boerderijen en andere buitenhuizen. Dat begrijp ik uit het bordje. Vandaar dat deze makelaar uit Schoonhoven hier onder Westbroek een pand aanbiedt.
Waarom ik dit vertel? Als jong Borgdorffje werd mij in Monster vaak gevraagd of ik er eentje van de verzekeringsman was. Dat was zo, ondanks dat vader en zoon voor geen cent op elkaar leken. Het verklaarde wel de vraag. Toen ik eenmaal in Utrecht woonde, kwam het wel voor dat men mij vroeg of ik bij de Westlandse makerlaarsclan hoorde.
Dat was niet het geval, al waren we niet eens zo heel ver uiteraard wel familie van elkaar. Op het niveau van achterneven.
Na vaders dood werd zijn bedrijf onder zijn naam nog wel een jaar of vijftien voortgezet, maar dat inmiddels ook alweer een kleine dertig jaar geleden. In het Westland weet niemand meer van dat kleine, ronde mannetje van de verzekeringen, ook in Monster niet. En helemaal niemand ook weet van diens droom, namelijk dat ik zijn zaak ooit zou overnemen om me vervolgens vooral te bekwamen tot makelaar in onroerend goed. Aan die droom van mijn vader heb ik indertijd een ruw einde gemaakt. Dat was terecht, maar voor mijn vader spijt me dat nog steeds.
Gerommel in onroerend goed zat overigens in de familie. Dankzij mijn verre nicht ben ik aardig op de hoogte geraakt van allerlei transacties waaraan mijn betovergrootvader als jonge twintiger en erfgenaam twee eeuwen terug al een lucratieve draai wist te geven. Mijn overgrootvader JC kon er ook wat van overigens.
Op zijn oude dag trok deze Johannes Christiaan in bij zijn dochter Martha in Schoonhoven. Die heette sinds haar huwelijk mevrouw Schep. Op het kerkhof daar vind je de namen Schep en Borgdorff een paar keer op dezelfde grafstenen. En je komt ze tegen op bordjes van makelaars.
Die makelaardij zit Borgdorffen en Scheppen blijkbaar in het bloed. Maar mijn stiel is het niet geworden. Dat spijt me voor mijn vader. Ik hoop nu maar dat het huis bij de Maarsseveense Plassen snel verkocht wordt. Dat moet een beetje een makelaar toch gauw voor elkaar krijgen. Dan kan dat bordje ook weg, dat bordje waar ik in gedachten mijn vader samen met zijn voorzaten zie staan tegen wie ik me verontschuldig als ik er langs fiets. Omdat ik mijn ondernemersbloed nooit een kans gaf, als ik dat had.