Och Heden – 7 augustus 2023

De dag begon tamelijk vroeg, maar iets later dan vijftig jaar geleden. Toen werd ik, misschien wel voor het laatst, wakker naast mijn broer, in de slaapkamer die we ooit deelden. Dat was nostalgie, want hij was al jaren het huis uit. Maar omdat ik vandaag zou trouwen waren er van hier en daar wat gezinsleden met kroost komen logeren in het huis van mijn ouders. Natuurlijk had ik het liedje van Willeke Alberti in mijn hoofd, waarin ze zingt dat ze morgen de bruid is. Dat zou ik niet wezen, en ook al niet morgen, maar vandaag, 7 augustus 1973.
Vanmorgen werd ik wakker naast de bruid. Lukas en Markus kwamen pas om kwart voor acht de slaapkamer in. Na een stille schouw door het huis, want iedereen sliep nog, om te zien dat de mensheid ’s nachts met slingers en ballonnen bezig was geweest om ons aan ons gouden bruiloftsfeest te herinneren, stapten we weer in bed. Nu met zijn drieën, want Markus kroop tussen ons in. Lukas voelde daar ook wel voor maar omdat de hele familie verder nog in ruste was, voelde hij zich geroepen om een begin te maken met het ontbijt. We hoorden het gerinkel van borden en kopjes. Omdat het feest was zette hij naast de gewone ontbijtbordjes een schoteltje met daarop een speculaasje, want zeg nou zelf: ook een ontbijttafel moet er feestelijk uitzien. En zo begon de dag, aan tafel met twee en later nog twee kleinzoontjes; eer we weer opstonden, hadden ook de twee kleindochters zich bij ons gevoegd.
Ook deze zevende augustus is een koele dag met wind en kans op een buitje. In de luwte van de ochtend, terwijl in de kamer hiernaast het nageslacht zich bezighoudt met spelletjes of toch maar naar het strand is, schrijf ik een stukje dat wordt onderbroken door videofilmpjes die vrienden ons toesturen.
Niet iedereen was blij dat wij indertijd op dinsdagochtend om kwart over negen trouwden. Zo vroeg en dat juist op de dag ná maandag, als alle kappers dicht zijn. We voerden onze bezwaren tegen poespas wel ver door: een gewone dag, zo vroeg, geen receptie, geen diner, geen bruidskleding en een gewone auto voor het bruidspaar. Een manque de savoir vivre, noemde iemand het. Ik ben het daar nu wel een beetje mee eens.
Gezellig was het wel, op deze dag die zo vroeg begon en pas aan het eind van de middag ophield toen wij in onze gehuurde kever vanuit Den Haag richting Utrecht vertrokken.
Het idee om een groepsfoto te maken, kwam pas toen de helft van onze genodigden al weg was. Dat is jammer. Ik kijk al vijftig jaar met veel plezier naar een van de foto’s die toen gemaakt werden. Allemaal lachende gezichten. Een deel van de mensen op die foto is er niet meer; ouders, grootouders, ooms en tantes, mijn zus. Enkelen zijn uit beeld verdwenen. Maar anderen die er ook bij waren, staan er niet op.
Van onze gouden bruiloft staan alle gasten op de foto. Daar is gisteren al in voorzien, in de duinen tussen Monster en Loosduinen, een gebied dat ik bij uitstek als mijn land van herkomst ervaar.
Alleen Mente en ik staan op de foto van vijftig jaar terug en op die van nu.
Na de sessie van gisteren wilde de jongste nog even langs bij het graf van mijn ouders, haar grootouders dus. Toen we daarbij ook langs de plek kwamen waar míjn grootouders begraven liggen, zagen we een bordje met het verzoek contact op te nemen met de beheerder. ‘Het graf moet geruimd,’ mompelde ik. Klaas van negen hoorde dat. ‘Dat weet je toch niet.’
‘Jawel.’ ‘Zie je trouwens dat de mevrouw die hier ligt (hij had het over zijn betovergrootmoeder) op dezelfde dag geboren is als mamma? 10 December ’81.’
‘Ja, lieve jongen het is altijd feest.’
‘Life flows on within you and without you,’ zingt George Harrison op de achtergrond.