05 mei 2022

‘Jij speelt vals,’ zei het jongetje in het Spoorwegmuseum. ‘Jij pikt mijn treintjes.’
Er was op lage tafels een enorm emplacement met houten rails gemaakt die via allerlei omwegen van niets naar nergens leidden. Kinderen die dat wilden, konden ook onder de tafels door kruipen om zo via een gat in het centrum van deze wirwar terecht te komen. Dat was een centrale plek vanwaar het jongetje dat dit verhaaltje sprekend mocht openen zich zojuist een paar treintjes van Tommy had toegeëigend. Die had er eerst drie en nu nog maar een, terwijl ik er bij die grote knul van zeven daar in het hart van de spoorwegen al gauw negen telde. Teveel om allemaal in zijn handen te houden. Bovendien had hij geen interventie verwacht. Vandaar zijn verontwaardiging toen ik zomaar twee treintjes pakte en die aan Tommy gaf.
In Trouw zwaaide onlangs de vertrouwde en intussen onmisbaar geachte striptekenaar Pieter Geenen af. Maandag maakten we kennis met zijn opvolger, Nanne Meulendijks, in de vorm van een strip en een vraaggesprek. Bij het lezen daarvan vroeg ik me af of ik dat zou kunnen, de wereldellende behapbaar en dus ook met de nodige ironie te presenteren. Gesteld dat ik wat beter zou kunnen tekenen.
Ik moest aan het grote Rusland denken, aan Poetin die in het centrum van de macht zich maar een beetje voorover hoeft te buigen om alle treintjes van de wereld te pakken te krijgen en om vervolgens boos en verontwaardigd te reageren als er iemand ingrijpt. Maar ook aan dat jongetje dat het zomaar in zijn hoofd had gehaald dat hij het recht had om alle treintjes van de peuters aan de rand van zijn rijk naar zich toe te halen.
Dit jongetje was geen Poetin, want toen ik hem vroeg hoe hij aan al die treintjes gekomen was, keek hij me grijnzend aan. Het gaat te ver om te zeggen dat hij schuldbewust keek, maar die kant ging zijn blik wel een beetje op. Wat dat betreft, zou Poetin nog wel wat kunnen leren van het jongetje daar in het centrum van het Rijk der Houten Spoorwegen.
Voor dit verhaal moesten we terug naar afgelopen maandag. Het speet me dat ik die dag geen foto van dat spooremplacement had gemaakt, met die kleine tiran in het midden.
Daarom maakte ik een tekeningetje onder het verhaaltje. Daar schrok ik zo van dat ik het blaadje maar heb laten liggen.
Maar ja, vandaag was ik weer in het Spoorwegmuseum, met ander nageslacht, en weer trof ik een jongetje dat een greep deed naar de macht, al moest hij daarvoor wel wat strijd leveren met zijn zusje. Van dit nieuwe tirannetje heb ik een foto gemaakt.