Och Heden – 9 mei 2023

‘Alle reden om hier op een schone bladzijde te beginnen. Vandaag is Jaap geboren. En wel om 11.47 uur v.m., zeg ik er voor de boeken maar even bij.
Vanmorgen rond half vijf braken bij Mente de vliezen. Het vruchtwater kwam niet, zoals bij Sam, in een grote golf, nee, het gebeurde mondjesmaat, in dit verband een wat onsmakelijke uitdrukking. Dat ongemak kon met een combinatie van maandverband en regelmatig wc-bezoek aardig opgevangen worden (deze mededeling is ambigu, merk ik). Een uurtje later kondigden zich de weeën aan. Ze kwamen al tamelijk snel na elkaar, maar zonder hinderlijk te zijn, zo heb ik me later laten vertellen, want ik ben weliswaar wakker geweest, maar blijkbaar al gauw weer in slaap gevallen.
Zo heb ik ook niet gemerkt dat Mente om kwart over zes uit bed is gestapt en ijverig aan de slag is gegaan om ik weet niet wat allemaal te doen. In elk geval lag ze om zeven uur op haar knieën voor de wc-pot. Niet omdat ze last had van een wee, of misselijk was (wat ik even dacht), maar omdat ze vond dat de boel er daar (na het vruchtwaterverlies) weer spic en span uit moest zien.Ik belde school af en zocht contact met de schilders. Die moesten het schilderen van het buitenwerk maar even uitstellen. Het had ons ze mooi geleken: de gevel goed in de verf als de baby kwam. Maar goed. We wachtten al twee jaar op de schilder, een maandje kon er nog wel bij.
Toen ik om negen mevrouw Verhoeven belde, de verloskundige, leek het haar beter even bij haar langs te komen. Wij met zijn drieën naar haar toe, ja, Sam natuurlijk ook.
Kwart voor tien. We kunnen er maar het beste voor zorgen over een uurtje in het ziekenhuis te zijn. Als we om kwart over tien thuis zijn, beginnen de weeën op te spelen. We wachten op pa en ma De Zeeuw, ze zijn onderweg, maar moeten nog wel even een conferentie in Neerpelt afbellen.
Mente kruipt over de grond. Sam vindt dat wel leuk. De katten trekken zich terug.
Als we in de auto wegrijden, zien we nog net mijn moeder om de hoek van de Westerkade komen. Die zou komen schoonmaken vandaag. Het kind komt inderdaad twee weken vroeger dan gedacht.
Om kwart voor elf zijn we in het ziekenhuis. Drie kwartier later wordt Mente van de weeënkamer naar de verloskamer gereden. Er is nog geen mevrouw Verhoeven en daarom worden er twee artsen bijgehaald. Dan horen we een gehaast geklikklak in de gang. Dat moeten de schoenen van mevrouw Verhoeven zijn. Mente ervaart de persweeën als een bevrijding. 11.47: Jaap ist da. Blakend van gezondheid, al blijkt later dat hij wel wat vruchtwater binnen kreeg.
Tijdens de weeën neuriet Mente psalmen die ze moeiteloos afwisselt met flarden van kinderliedjes. Of ze ‘bedenkt’ teksten op een geïmproviseerd melodietje waar het woord ‘weetje’ veel voorkomt, maar ook een keer ‘rot, rot wee’ en ‘klote wee.’ Eén keer zegt ze ‘mama’ en wel vier, vijf keer Sammetje.
Al met al een minder oudtestamentische bevalling als die bij Sam. Gelukkig maar.
Met moe Bor vanavond nog even in het ziekenhuis geweest. Zij is daarna doorgereden naar huis.
Het is nu nacht. Ik voel me zeer gelukkig. Mente, twee kinderen en heerlijk moe. Welterusten.’