26 maart 2024
Je begrijpt dat ik een week na dato niet meer stilsta in een zaal van de Alte National Galerie om daar te verdrinken in schilderijen van Arnold Böcklin. Ik ben al lang weer thuis en ook heb ik hier en daar wat rondgeneusd om meer te weten te komen over deze Zwitserse schilder en over zijn leven waarin dood niet alleen iets was waarmee hij als romanticus en symbolist maar wat koketteerde.
In 1976 was er een grote tentoonstelling in Boijmans over Symbolisme in Europa. Ik werd daar vooral droevig van en dat had alles te maken met wat ik vind dat een schilderij moet zijn: een ding van verf en vorm dat de omgeving gebruikt om iets te hebben om op te kunnen reageren. En dus niet een vehikel om me een andere werkelijkheid aan te smeren. Dus als je een meer of een rivier of een zee tekent, dan gaat het om de vertaling daarvan in verf. En een eiland is een eiland, lucht is lucht en zo verder en zo voort. Of het is vooral verf of vooral vorm, dat mag ook. Natuurlijk mag ik als toeschouwer bij een rivier of zee aan de dood denken, en bij een eiland aan het rijk der doden. En een schilder mag me heus wel een duwtje in die richting geven, maar niet te erg. En dat is wat symbolisten makkelijk kunnen doen. Böcklin ook. Eerst met zijn mythologische gestalten en vioolspelende dood, maar op Die Toteninsel, doet hij het met een optelsom van allerlei ingrediënten die de symboliek onontkoombaar maken. Daar houden wij niet van.
Het is Böcklins bekendste werk en hij schilderde het vijf keer. Een commercieel succes dus, zou je denken, die hij dus flink uitbuitte, want van dit schilderij zijn indertijd al reproducties gemaakt. Een nieuwe markt toen. Ik vind zoiets gauw kitscherig. Daar komt nog bij dat het schilderij in Berlijn, de derde versie, in de vroege jaren dertig van de vorige eeuw werd aangekocht door Adolf Hitler en het heeft tot zijn dood in zijn werkvertrek gehangen. Ook dat is geen aanbeveling, al kan Böcklin daar natuurlijk niets aan doen.
Maar ja, hoe gaat dat? Ik lees nu dat Böcklin niet zelf heeft bedacht van dit onderwerp een lucratieve business te maken. Het werd hem gevraagd en hij was niet te beroerd om dat te doen. Voor hem was een dodeneiland trouwens een vertrouwder fenomeen dan voor mij. Hij kende San Michele bij Venetië. In zijn wereld rond 1880 was dood uitdrukkelijk aanwezig en ook had hij te kampen met depressies en lichamelijk ongemak dat het schilderen bij tijd en wijle onmogelijk maakte. Dat maakt het schilderij eerlijker.
Met andere woorden: hoe langer ik er naar kijk en hoe meer ik er over nadenk, hoe meer het schilderij me aanspreekt. Wel blijf ik het jammer vinden dat de verf geen verf gebleven is. In 1884, schildert hij een akkerland in het vroege voorjaar van Toscane. Het is een onvoltooid doek en misschien oogt het ook daarom impressionistisch. Zijn mooiste werk.