Och Heden – 11 juni 2023

Nadat we ons geïnstalleerd hadden, fietsten we naar Hirtshals. We hadden ons huisje gevonden en zoiets is toch een hele geruststelling. Per slot van rekening begint het allemaal als tussendoortje thuis, maar dat dat allemaal te maken heeft met een onafwendbare toekomst en ook met een concrete plek op deze aardbol die je niet kent, komt dan allemaal samen op dat ene moment, in dit geval dat van zaterdag 10 juni 2023 om 13.00 uur. Dan blijkt het nog allemaal te kloppen ook. Onze verwachtingen werden zelfs overtroffen. Het mag gerust een wonder heten.
Daarom kon ik het best hebben dat het havenstadje in het noorden van Denemarken me tegenviel. Wel voelde ik me ineens erg moe. Dat werd erger toen we de vrolijke klanken van een Creedence Clearwaterkloon hoorden. Livemuziek en nog behoorlijk ook. Het was een goed voorstel van Mente om daar straks, na enkele noodzakelijke boodschappen, even iets te gaan drinken. Nogmaals: een goed voorstel, maar omdat ik me moe voelde, voelde dat ineens nog erger.
In de supermarkt miste ik opeens het gemak van vertrouwde producten in hun vanzelfsprekende verpakking en toen ging ook nog de telefoon. Het was Han en hij had ongetwijfeld een kerkelijke vraag. Maar ik was niet in Utrecht, ik was in Denemarken en het laatste waarop ik zat te wachten was een kerkelijke vraag. Ik drukte het gesprek weg, maar daarmee bleef het onwelkome telefoontje wel in mijn hoofd zitten. Het draaide uit op snelle, gemakzuchtige boodschappen en geen drankje. Mijn fiets huppelde lichtzinnig over het pad.
Hij voelde zich blijkbaar nog bevrijd van de bagage die een week eerder dagenlang op hem gedrukt had en mogelijk ook van de fietsdrager waarop hij duizend kilometer lang vastzat. Hoe dan ook: ik kon zo moe niet wezen of mijn fiets droeg me naar ons tijdelijk onderkomen in de Deense duinen waar ik nog geen vijf minuten na aankomst op de bank in slaap viel om honderd jaar te blijven slapen.
Dat laatste lukte niet. Natuurlijk moesten we een paar uur later eten, eten dat we immers niet voor niets in Hirtshals hadden ingeslagen. Ook gaf het geen pas om in de avond niet even naar het strand te lopen. Daar had de wind zijn taak voor die dag erop zitten, het water lummelde wat langs de kust.
Er stonden enkele auto’s op het strand, wat heel onhollands is, maar hier kan dat zomaar. Het zand is er vanaf de opgang al veel minder mul.
Terwijl we langs de waterlijn liepen, verdween ik dromerig in een schilderij van Krøyer, Sommeraften på Skagen. Op dat doek geen auto’s, want die had je in zijn tijd nog amper, maar wel twee dames in lange jurken. Op het schilderij dan; in mijn werkelijkheid van 10 juni 2023 waren zij er niet, maar ze hadden er kunnen lopen. Ik herkende de flauwe bocht van de kustlijn, het zand en ook het licht van de avond. Hier en nu namen twee vrolijke meiden een duik in het waarschijnlijk nogal frisse water. Even later kwam er een auto naar het water gereden. Een man die vast en zeker de vader van een van de twee was reikte handdoeken aan.
Toen we weer naar ons huisje liepen, kwam de auto met de twee meisjes langs. Ze hadden weer gewone kleren. Dat waren geen lange witte jurken; ook droegen ze niet zulke grote hoeden als de vrouwen op het schilderij van Krøyer. Jammer.
Om een uur of een vannacht werden we even wakker. Door het raam zagen we een vertraagde zonsondergang boven zee.