4 januari 2025
![](https://lenborgdorff.nl/wp-content/uploads/2025/01/oh20250104.jpeg)
Het nieuwe jaar, zo jong nog en nu al zo spannend. Toen het jaar pas twee uur oud was, fietste ik door de stad, van de ene kant naar de andere, om weer thuis te geraken. Smeulende vuurtjes, kluitjes van mensen hier en daar, er werd vuurwerk afgeschoten, mijn achterlicht deed het niet, maar ik kwam ongehinderd in de achtertuin terecht.
De volgende dag was het geen weer om fietsend mijn eerste inspectierondje te maken en daarbij ooievaars te tellen, ganzen gedag te zeggen en te zien welke afwijking het kilometertellertje deze keer zou geven; dat is al anderhalve maand een dingetje. Het gebeurde niet. Op 1 januari leek nog niets bij te dragen aan de spanning waarmee ik momenteel door het leven ga.
Donderdag, de tweede dus, leek het die kant al op te gaan toen ik met de jongste de schuine wanden van een zolderkamer ging behangen, zeven befietste kilometers verderop. In gedachten zag ik elke baan die we plakten onmiddellijk of anders na een half uur naar beneden komen. Maar nee. Er gebeurde wel iets anders. Tijdens een koffiepauze zag ik dat er een appje van de buren was binnengekomen, eentje waarop Mente intussen had gereageerd. Mijn auto stond aan de verkeerde kant van de straat. Een paar dagen daarvoor had ik hem aan de toen nog goede kant neergezet; daar stond hij nu nog en dat was fout. In onze straat worden de auto’s in de even jaren (zoals 2024) aan de kant van de even huisnummers geparkeerd, in de oneven jaren (jawel, dus ook 2025) aan de andere kant. Er rijdt hier dagelijks herhaaldelijk een auto van de Handhaving rond die erop gebrand is foutparkeerders te registreren. In het
verleden is het me door adequaat ingrijpen wel gelukt om mensen die hun auto niet onmiddellijk hadden verplaatst te hulp te schieten door ze te waarschuwen of door een vriendelijk gesprek met de handhavers aan te gaan, nu was ik zelf vergeten om de auto om te zetten.
Het appje van de buren behelsde het aanbod om mijn auto te verplaatsen, waarop Mente al had gereageerd door te zeggen dat ik dat straks zelf zou doen. Dat was allemaal overlegd terwijl ik elders duizelingwekkend hoog op een trap met een rol behang balancerend een goede daad stond te verrichten. De buurvrouw constateerde in een volgend appje dat ik gelukkig nog geen bon onder mijn ruit had.
Juist die opmerking vloog mij aan. Ik kan je verzekeren dat het verdere behangwerk daar niet onder geleden heeft, maar de geruststellende reactie berustte op een ernstige misvatting. Vroeger, heel lang geleden, wel vier of vijf jaar, kwam zo’n handhavingsauto na vijf minuten nog een tweede keer langs. Stond een foutparkeerder er dan nog dan kwam er een bon onder de ruitenwisser. Maar zo gaat het niet meer. Die auto komt misschien nog wel een tweede keer langs, maar altijd met een maximumsnelheid (dertig kilometer). De chauffeur hoeft niets te doen dan te rijden: een grote camera registreert wat er geregistreerd moet worden. Daar komt geen menselijk moment meer aan te pas, en zeker niet om een bonnetje onder een wisser te schuiven. Alles gebeurt klinisch, automatisch. Het eerste menselijke moment in de reeks acties die begon met de registratie van een verkeerd geparkeerde auto is dat waarop een postbode een papieren proces verbaal door een brievenbus schuift. Weken later.
Zodra ik thuis was heb ik de auto aan de overkant gezet, maar was ik niet te laat? Het duurt nog weken voordat ik het weet. Wat ik al zei: 2025 begint bijzonder spannend.